‘Stel je voor,’ schetst Bijl: ‘een patiënt is bij de oncoloog. Dit zijn niet de meest fijne momenten in je leven. Na het vierde of vijfde geneesmiddel dat de arts voorschrijft, kan een patiënt het spoor bijster raken. Dan is het fijn als hij de arts kan vragen het even in de app te zetten.’ Bijl ziet dat zelfs de meest hoogopgeleide, mondige mensen in gesprek met de arts dingen vergeten te vragen, of zich achteraf de antwoorden niet meer kunnen herinneren. ‘Dan is het fijn als je thuis even rustig na kunt lezen wat de arts ook weer precies zei.’
Tip: lees onze pagina over e-consult in de zorg, waar BeterDichtbij een voorbeeld van is.
Rood doosje
Om deze reden werd in 2016 het initiatief voor de BeterDichtbij-app genomen vanuit de Vereniging van Samenwerkende Algemene Ziekenhuizen (SAZ), een vereniging van dertig regionale ziekenhuizen verspreid over Nederland. Het gaat nadrukkelijk om niet-spoedeisende medische vragen, legt Bijl uit. ‘Een patiënt heeft bij de apotheek een rood doosje gekregen in plaats van zijn gewone blauwe doosje, en wil weten of dat in orde is.’ Of een patiënt onder controle van een cardioloog appt: “Ik heb heel lang gefietst dit weekend en voel me topfit.” ‘Waarop de arts terug appte dat de patiënt dan niet over zes, maar pas over acht weten terug hoefde te komen.’
Bijl ziet dat patiënten vaak denken dat hun medische vraag urgent is, terwijl een arts oordeelt dat de patiënt het best even de volgende ochtend kan afwachten. ‘Als een patiënt met een dergelijke vraag belt, móet degene die opneemt iets met dat telefoontje: een notitie maken, de arts om antwoord vragen. Dit gaat steeds heen en weer, het is heel arbeidsintensief. Als de patiënt daarentegen via de app communiceert, kan de arts antwoord geven op het moment dat het haar uitkomt.’
Achttien miljoen
Bijl is niet bang dat er vragen blijven liggen terwijl onmiddellijk ingrijpen nodig was geweest. ‘Mensen die BeterDichtbij gebruiken wordt via alle kanalen duidelijk gemaakt dat het om niet-spoedeisende vragen gaat. Mochten ze niet kunnen of willen wachten, dan bellen ze alsnog. En als een arts zelf meent dat er snel communicatie nodig is dan belt hij zelf de patiënt meteen.’
Iedereen in de omgeving van de deelnemende zorgorganisaties kan appen met het eigen ziekenhuis of de huisartspraktijk. Om contact met een andere zorgverlener te kunnen maken, nodigt deze zorgverlener de patiënt actief uit. ‘Meestal gaat het om mensen die na een behandeling in een controletraject zitten. Ze kunnen kiezen voor contact via telefoon, mail of app. Artsen beslissen welke patiënten via de app kunnen deelnemen.’ Bijl heeft een duidelijk doel voor ogen: ‘Uiteindelijk moet deze manier beschikbaar worden voor achttien miljoen Nederlanders.’ Volgens de oprichters van de app is de privacy van patiënten daarbij gegarandeerd.
Dokter in binnenzak
Bijl maakt zich geen zorgen dat de techniek tussen arts en patiënt komt te staan. ‘De app is een aanvulling en geen vervanging van het directe contact,’ benadrukt hij. Bovendien verwacht de consument steeds vaker direct en makkelijk contact van organisaties en professionals, ook in de zorgsector. Laatst hoorde Bijl een arts zeggen: ‘Het maakt niet uit wat ík van de app vind, het gaat erom dat de maatschappij dit van ons verwacht.’
‘Mensen die BeterDichtbij gebruiken, zeggen allemaal meteen dat ze het super fijn vinden,’ vertelt Bijl. ‘Ze hebben de dokter in hun binnenzak: een veilig kanaal waarop ze eenvoudig vragen kunnen stellen. Mensen willen laagdrempelig, maar wel veilig, een zorgverlener een vraag kunnen stellen. Als het dan voor de zorgverlener ook voordelen heeft, dan is iedereen snel om.’
Meer weten? Lees meer op e-consult in de zorg of ga naar de website van BeterDichtbij.